In 2015 besloot de Hoge Raad dat wanneer iemand verplicht is om deel te nemen aan een alcoholslotprogrammen, die persoon niet daarnaast nog strafrechtelijk vervolgd mag worden. De reden voor die beslissing is heel logisch. Een alcoholslotprogramma kan worden opgelegd op grond van het bestuursrecht, en dat bestuursrecht bestaat naast het strafrecht. Een basis regel in het recht, namelijk ne bis in idem Latijns voor niet twee keer hetzelfde, zegt dat je niet twee keer gestraft kan worden voor één feit. Als het strafrecht dus ook nog een straf oplegt naast het alcoholslotprogramma, wordt de beklaagde tweemaal gestraft voor hetzelfde en dat mag dus niet. Het alcoholslotprogramma werd ingevoerd op 1 december 2011. Sindsdien wordt het opgelegd aan bestuurders die rijden onder invloed en worden tegengehouden met een te hoog ademalcoholgehalte of die weigeren de blaastest te doen. Men kan deze bestuurders dan naar het CBR sturen, daar wordt het rijbewijs ingetrokken. Het rijbewijs komt pas weer vrij wanneer de bestuurder een alcoholslot in zijn wagen laat plaatsen zodat hij niet langer kan rijden onder invloed. De installatie van een alcoholslot kost rond de €4000 en is uiteraard voor de rekening van de bestuurder. Dat is een goede oplossing om te voorkomen dat dronken bestuurders dezelfde fout zullen maken. Maar al snel werd er bij advocaten Westland een juridisch probleem duidelijk. Naast het alcoholslot dat de bestuurders opgelegd kregen, konden ze ook nog boetes of een gevangenisstraf krijgen. Een boete of gevangenisstraf zijn duidelijk straffen, maar een alcoholslot is ook een straf ookal staat het nog niet officieel is het strafwetboek. Toch kregen deze overtreders beide opgelegd. En dat gaat dus in tegen het ne bis in idem principe dat aan de basis van het recht ligt want deze personen werden dan eigenlijk tweemaal gestraft voor de ééne overtreding en dat kan dus niet. |
https://www.ebhlegal.nl |